Het handvat is gemaakt van dun plaatstaal, bijeengehouden door twee platte ronde ijzeren klinknagels. Sporen van hout aan de achterkant van de klinknagels en in het holle deel van het handvat. Het hout in het holle deel van het handvat kan overeenkomen met een houten handvat (bedekt met leer?). Twee stengelfragmenten van rechthoekige doorsnede zouden fragmenten van een tak of een maniple kunnen zijn. Een van deze takken is gerepareerd door klinken. Sporen van tin soldeer op de achterkant.
Marie-Cécile Truc (dir.), Saint-Dizier « La Tuilerie » (Haute-Marne), Trois sépultures d’élite du vie siècle, Caen, Presses universitaires de Caen, 2019, 304 p